Ga naar de inhoud

Stikstofwet: Partiële vrijstelling
voor de aanlegfase

Gepubliceerd: 30 juni 2021
Auteur: Jessica Ocké

Op 1 juli 2021 treedt de Wet en het Besluit stikstofreductie en natuurverbetering (Stikstofwet) in werking. Hiermee legt het kabinet vast dat de natuur sterker wordt en de stikstofdepositie omlaag gaat. Hiertoe zijn onder meer drie resultaatsverplichtingen vastgelegd voor de jaren 2025, 2030 en 2035. Belangrijk onderdeel van het Besluit is de bouwvrijstelling. Kort gezegd houdt deze vrijstelling in dat de aanlegfase van ontwikkelingen vrijgesteld is van de vergunningplicht Wet natuurbescherming en dat voor deze fase geen stikstofberekening meer nodig is. Dit is goed nieuws voor ontwikkelaars en initiatiefnemers van ruimtelijke plannen. De stikstofdepositie van de gebruiksfase dient nog wel aan de hand van de AERIUS-calculator berekend te worden.

Omgevingswaarden
Door de Stikstofwet wordt de Wet natuurbescherming en Omgevingswet op een aantal punten gewijzigd. Er wordt een resultaatverplichting tot reductie van de stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden opgenomen door het vaststellen van de volgende drie omgevingswaarden:
• In 2025 ten minste 40% reductie;
• In 2030 ten minste 50% reductie;
• In 2035 ten minste 74% reductie.

De wet geeft daarbij de opdracht aan de Minister van LNV voor het vaststellen van een programma van maatregelen om die reductie te bereiken en de natuur te herstellen.

Bouwvrijstelling
De bouwvrijstelling betreft een partiële vrijstelling, omdat deze alleen geldt voor tijdelijke stikstofemissies tijdens sloop, aanleg en bouwactiviteiten. De vrijstelling geldt niet voor structurele stikstofemissies in de gebruiksfase. De vrijstelling geldt bovendien alleen voor de gevolgen van stikstofdepositie en niet voor andere significante gevolgen, zoals geluid of licht. Bij bestemmingsplannen kan voor wat betreft de aanlegfase worden verwezen naar het feit dat al een beoordeling door de wetgever heeft plaatsgevonden en kan bij de beschouwing van de stikstofemissies gebruik worden gemaakt van de onderbouwing in de toelichting van het Besluit stikstofreductie en natuurverbetering.

Adequate maatregelen
In het Besluit bouwwerken en leefomgeving (Bbl) wordt een nieuw artikel opgenomen die voorziet in een verplichting tot het treffen van adequate maatregelen tot het beperken van stikstofemissies in de bouwfase. De rol van de gemeente bij het onderwerp stikstof blijft met deze nieuwe regel beperkt tot het boordelen na de ontvangst van een melding of een vergunningaanvraag of er adequate maatregelen worden getroffen om de stikstofemissie te beperken. Wat onder adequate maatregelen wordt verstaan, wordt de komende periode uitgewerkt in het traject van de routekaart schoon en emissie loos bouwen.

Conclusie
Met de inwerkingtreding van deze wet en het besluit is het vanaf 1 juli 2021 niet meer nodig om voor de aanlegfase een stikstofberekening uit te voeren. Voor de gebruiksfase moet deze nog wel uitgevoerd worden. De vrijstelling is onder meer mogelijk omdat de stikstofemissies die vrijkomen in de aanlegfase uiteindelijk kunnen worden gecompenseerd met de maatregelen die in het programma worden opgenomen. Wij merken daarbij op dat, net als bij het Programma Aanpak Stikstof (PAS), ook hiermee vooraf ruimte wordt geboden op basis van maatregelen die nog uitgevoerd moeten worden. De juridische houdbaarheid zal waarschijnlijk de komende tijd op de proef worden gesteld door de Raad van State.

Zie voor de volledige tekst van het Besluit en de nota van toelichting, de publicatie in het Staatsblad: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2021-287.html

 

Jessica Ocké

Adviseur Ruimtelijke Ontwikkeling